Jaargang 51 Nummer 4

POKROF 7 Toen Ethiopië overging op een communistisch (in 1974) en later op een federaal regerings- systeem (vanaf 1991), gingen be- paalde politieke en economische functies van het monnikendom verloren; andere functies won- nen echter aan kracht. De Ethiopische kloosters werden meer betrokken bij het leven van verschillende etnische groepe- ringen. Het monastieke leven in Ethiopië werd niet ondermijnd door de communistische revolu- tie, maar creëerde veeleer nieu- we vormen in de wereld van de stad. Het monnikendom heeft een emanciperende werking; bij- voorbeeld de rol van nonnen bin- nen die Ethiopisch-orthodoxe Kerk kreeg nieuwe betekenis. De kern van het Ethiopische monniksleven Een traditionele monastieke lei- der legde mij het doel van het monastieke leven eens als volgt uit: eenheid van geest en vol- maaktheid. Het monnikendom concentreert zich op ‘één zijn van hart’. In Waldeba is een asce- tisch centrum waar zo’n 1500 kluizenaars verspreid over een groot gebied leven; de geestelijke wetten waarnaar ze leven, rich- ten zich tot onze gebroken wereld met een belofte van gene- zing. De belangrijke teksten van het Ethiopische monnikendom stellen kloosters voor als een tweede paradijs: vervreemding en het geweld dat de menselijke ver- houdingen beheerst, zijn hier overwonnen. In het Boek van de Monniken wordt ’s mensen op- gang naar God beschreven als een omvormingsproces, een weg van zuivering, totdat men de oor- spronkelijke onschuld van de mens bereikt. Het Ethiopische monnikenboek beschrijft hoe de asceet tien niveaus van zuivering doorloopt, totdat hij zijn vermo- gen herkrijgt God onmiddellijk te aanschouwen. De wildernis als ‘gewijde ruimte’ Het Europese denken is lineair: men denkt in een voortgaande lijn. Zaken als vooruitzien (prog- noses) en controle zijn hier van groot belang. De Afrikaanse denkwijze is veeleer cyclisch: in een rondgaande beweging pro- beert men de werkelijkheid te begrijpen en betekenis te geven. Ethiopiërs creëren en bouwen de ‘gewijde ruimte’ altijd in de natuur. Patriarch Paulos be- schreef de monnik als degene die vlucht uit het wereldse leven en geen angst heeft voor de gelui- den van de wilde dieren. Ethiopiërs zien de wildernis als een ‘gewijde ruimte’ waar de mens toegang verkrijgt tot zijn primaire vermogens. Ethiopië wordt beschouwd als een oer- landschap, verwijzend naar het hemelse Jeruzalem. Kloosters en kerken zijn plaatsen waar een heilige of de visioenen van de gelovigen je iets van het godde- lijke kunnen laten ‘ontdekken’. De keuze om je helemaal in de natuur te begeven zien we terug in een sterke traditie van het wonen in grotten door monni- Aan het begin van het derde millennium hebben de Ethiopisch- orthodoxe Kerk en de monastieke traditie, die het hartstuk van die kerk uitmaakt, reden tot optimisme. Nieuwe kerkgebouwen geven de skyline van Addis Abeba een ander gezicht. Jongeren nemen in groten getale deel aan kerkelijke activiteiten terwijl er toch ook grote problemen zijn. Het monnikendom heeft sinds de communistische revolutie een enorme transformatie ondergaan. Het maakt een periode van wederopbouw door en heeft hernieuwde betekenis gekregen voor de Ethiopische samenleving. Waar draait deze transformatie, deze wederopbouw van het Ethiopische monnikendom precies om? En hoe is het monnikendom betekenis blijven houden voor de samenleving? Het moderne Ethiopische monnikendom Een verhaal van wederopbouw Het moderne Ethiopische Monniken buiten hun cellen in klooster Debre Zemedo, centraal Ethiopië. (Foto: Joachim Persoon)

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=