Perspectief 2022-59

2022-59 Herwig Aldenhoven. Een blik op zijn leven en zijn kerkelijke en theologische inzet 9 Op een oud-katholieke theologenconferentie in Altenberg (bij Keulen) in 1979 heeft Aldenhoven zijn doelstellingen voor de basisstructuur van een in de liturgische vernieuwing tot stand te brengen eucharistisch gebed, dat idealiter duidelijk in de voetsporen gaat van zowel een oosterse als een westerse oud-kerkelijke traditie, nogmaals gepreciseerd. Hierin werd hij overigens ook sterk gesteund door een bijdrage van Hans-Joachim Schulz, een liturgiewetenschapper uit Würzburg en een kenner van de oosterse kerk14. Er werd een consensus bereikt over wat bij een oud-katholieke liturgische vernieuwing van het eucharistisch gebed bedacht moest worden en Aldenhoven was verantwoordelijk voor de eindredactie ervan.15 In de praktijk werd deze consensus echter slechts gedeeltelijk uitgevoerd in de Oud-Katholieke Kerken, omdat vaak in plaats van een verticale oecumene met de "ongedeelde Kerk" van de eerste acht eeuwen, meer de nadruk werd gelegd op een horizontale oecumene met de kerken van nu, en daarom werden ook eucharistische gebeden overgenomen die slechts gedeeltelijk overeenkwamen met de consensus (bijvoorbeeld de Lima-liturgie, etc.) of helemaal niet. Bij dit alles werd Aldenhoven niet bepaald door een archeologische interesse. Evenmin was de band met een ideaaltype dat geworteld was in de oudkerkelijke traditie die Oost en West gemeen hadden, uitsluitend te danken aan het oud-katholieke theologische programma, waarop ik later nader zal ingaan. Uiteindelijk ging het hem – nogmaals – om een spirituele of pastorale bezorgdheid: het eucharistisch gebed als geheel moest een herkenbare taalkundige structuur hebben die in overeenstemming is met het geloof in God, de Drievuldige: Het is gericht tot de Vader, is gebaseerd op de zending en de opdracht van Christus en vraagt om de heilige Geest als de kracht die de ontvangers – van alle tijden en plaatsen – plaatst in de alomvattende werkelijkheid van de gemeenschap van de Kerk. Aldenhoven verwacht dat degenen die zo vieren dit na verloop van tijd zullen internaliseren. Ik breek hier af zonder nader in te gaan op Aldenhovens andere liturgisch-theologische verdiensten, zoals zijn inzet voor de herleving van de vesperdiensten die voorheen in veel gemeenten gebruikelijk waren geweest; daarbij ontstonden ook vormen in de stijl van de zogenaamde vroegchristelijke kathedraaltraditie.16

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=