Perspectief 2022-59

66 Prof. dr. Herwig Aldenhoven Perspectief in de vroege kerk belangrijker is dan in de kerken die beïnvloed zijn door de Lutherse of Zwitserse Reformatie. Tenslotte zou ik Karl Rahner (1904-1984) willen noemen, die een vooraanstaande rol heeft gespeeld in de vernieuwing van de rooms-katholieke theologie voor en tijdens het Tweede Vaticaans Concilie. Het is weliswaar zo dat de invloed van het nieuwere filosofische denken meer merkbaar is in zijn werk dan de invloed van de kerkvaders, maar ook de laatsten spelen een belangrijke rol. Ik denk er in het bijzonder aan hoe sterk Rahner benadrukt dat God zichzelf geeft; dit is helemaal in lijn met de Griekse kerkvaders, de vroege kerk en de oosterse kerk en de manier waarop zij een model kunnen bieden voor kerk zijn in het Westen vandaag. Zo wordt de ‘theosis’ die de Griekse vaders leren, en die beter vertaald kan worden met “doordrongen worden door God” (“Durchgottung”) dan met “vergoding” (“Vergottung”) of “vergoddelijking” (“Vergöttung”), ook voor Rahner van centraal belang als het hoogtepunt van heil en voleinding. Overigens dachten de Latijnse vaders er niet fundamenteel anders over, ook al spraken zij er over het algemeen op een minder rijke wijze over dan de Grieken. Het is belangrijk voor een levende en levendige leer van de Drie-eenheid dat Rahner in zijn essay ‘Theos im Neuen Testament’ heeft aangetoond dat de benadering van de Drievuldigheid van de Griekse vaders met hun uitgangspunt in de personen van Vader, Zoon en Heilige Geest overeenstemt met de uitspraken van het Nieuwe Testament, en niet met de Augustiniaanse benadering die de ene goddelijke essentie (‘una divina essentia’) als vertrekpunt heeft.12 Tenslotte dient vermeld te worden dat Rahner van mening is dat het principe van ‘gratia supponit naturam’ (‘genade veronderstelt natuur’), dat sinds de Middeleeuwen in de Latijnse scholastieke theologie geldt, aanvulling behoeft. In deze terminologie betekent ‘gratia’ - ‘genade’, verstaan als participatie in God, en ‘natura’ – ‘natuur’ betekent schepsel zijn zonder participatie in God. Het scholastieke principe houdt, anders gezegd, dus in: ‘participatie in God veronderstelt schepsel zijn.’ Rahner meent dat dit in zekere zin moet worden aangevuld met de omgekeerde uitspraak, d.w.z. ‘natura supponit gratiam’ (‘de natuur veronderstelt de genade’), of, in andere formulering van mijzelf: ‘Het (volledige) schepsel zijn (van de mens) veronderstelt participatie

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=