Perspectief 2022-57

16 Dr. Willien van Wieringen Perspectief a. alle vier zouden heidenen zijn geweest – deze reden schuift Huijgen min of meer terzijde; b. alle vier zouden zondaressen op seksueel gebied zijn – deze vindt Huijgen onvoldoende overtuigend; c. alle vier zijn ze betrokken in een buitengewone seksuele relatie waarin God het initiatief van de vrouwen ‘gebruikt’ om een doorbraak te forceren. Het initiatief ligt in de verhalen elke keer bij de vrouwen. Tamar die haar schoonvader verleidt als hoer, de prostituee Rachab die de verkenners onderdak bood, Ruth die meegaat met het initiatief van Noömi om bij Boaz ‘onder de dekens’ te liggen. Alleen Batseba: aan haar is geen initiatief. Hier laat mijns inziens Huijgen een punt liggen. Er staat in de Griekse tekst: ‘die van Uria’ en niet ‘de vrouw van Uria’. Hiermee lijkt Mattheüs te zeggen dat het niet om deze vrouw gaat, maar eerder om de misse daad van David, die zich de vrouw van een ander toe-eigende. Op hem komt de schijnwerper te staan, tot zijn schande. Ik zie nog een andere interpretatie van het noemen van de vier vrouwen: 1. Tamar, weduwe, ze verleidt haar schoonvader tot een seksuele handeling – de toekomst van Israël wordt veiliggesteld door de zwangerschap die hierop volgt. 2. Rachab, prostituee, geeft de verkenners overnachting – de toekomst van Israël wordt veilig gesteld in de vorm van toegang tot het beloofde land. (Spannend aspect voor de genealogie: wie is de vader van het kind van Rachab, de publieke vrouw?) 3. Ruth, weduwe, wordt door haar schoonmoeder gekoppeld aan haar verre verwant Boaz – de toekomst van Israël wordt veiliggesteld door de zwangerschap die hierop volgt. 4. Die van Uria, vrouw van een ander, door David gebruikt/misbruikt. De smet op het blazoen van David krijgt door deze benaming nadruk. Hij is niet dé koning. Uiteindelijk wordt de toekomst van Israël veiliggesteld doordat Batseba (‘die van Uria’) Salomo baart, de latere koning. 5. Maria, om wie deze hele stamboom niet draait.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=