Perspectief 2021-56

32 Prof. dr. Peter-Ben Smit Perspectief overigens, ook niet eronder). Het onderscheiden van geesten en het vinden van een weg in de toekomst van de kerk is dienovereenkomstig dan ook iets dat de hele kerk aangaat en om synodale vormen voor het verwerven van nieuw inzicht vraagt. Dit laatste laat zich goed verstaan als iets anders wat Glazemaker liturgisch aan het hart ging de actieve deelname van allen aan de liturgie (inderdaad sterk beïnvloed door de liturgische beweging[en] van het midden van de 20ste eeuw). De kerk is, om het met Glazemakers belangrijkste theologische adviseur, Jan Visser, te zeggen, dan ook te zien als een hermeneutische gemeenschap, waarbij het een taak van de bisschop als voorganger van deze gemeenschap is om, analoog aan dat wat er in de (eucharistische) liturgie gebeurt, op zo’n manier leiding te geven aan deze gemeenschap dat het verwerven van nieuw inzicht gepaard gaat aan een ervaring van communio.5 Net zoals de eucharistie zowel uitdrukking van communio als weg ernaar toe is, zo geldt dat ook voor processen van besluitvorming, of zou dat moeten gelden. De manier waarop Glazemaker opereert, met het toelaten van nieuwe geluiden, het kanaliseren ervan in gemeenschappelijk beraad en uiteindelijk gemeenschappelijke en gemeenschappelijk gedragen beslissingen kan goed gezien worden als een samenspel tussen deze liturgische (en persoonlijke, spirituele) en ecclesiologische factoren die bij Glazemaker, blijkbaar, een meer of minder natuurlijke uitdrukking vonden in de invulling van zijn ambt, wat niets minder is dan de belichaming van een heel specifieke visie op wat ambt, kerk en leiderschap inhouden. 3. Oecumenische en maatschappelijke context De manier waarop Glazemaker zijn ambt uitoefende past op twee manieren ook goed bij contemporaine oecumenische en maatschappelijke ontwikkelingen die natuurlijk ook met elkaar verweven zijn en elkaar beïnvloedden. Terwijl de maatschappij in de jaren ’70 en ’80 in het teken staat van het verlangen naar meer democratisering en vormen van management en leiderschap daarop aangepast worden (of, wanneer ze dit niet worden, onder druk komen te staan), vindt er in oecumenische kringen een belangrijke herbezinning plaats op wat ambt en gezag is. Het rapport van de Commissie voor Geloof en Kerkorde van de Wereldraad van Kerken over doop, eucharistie en ambt uit 1982, het zogenaamde ‘Lima-rapport’, bevat hiervan belangrijke en kerkelijk breed gedragen uitdrukkingen die ook door de Oud-Katholieke Kerk meegedragen en gerecipieerd werden. Tekenen en

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=