42 Dr. Kees den Biesen Perspectief beschouwt Efrem ādām in Genesis 2 en 3 als de aanduiding van een aanvankelijk hermafrodiet wezen, dat slechts in tweede instantie gescheiden wordt in een archetypische man en vrouw. Pas vanaf Genesis 4:1 duidt ādām een mannelijke persoon aan: Adam, de man van Eva. 5 Leerdicht over het Paradijs 5:2,2-3 6 Eerste Verhandeling voor Hypaṭius § 2. 7 Leerdicht over de Maagdelijkheid 20:12,1-6. Zie hierover verder K. den Biesen, ‘De Schepper en de dichter: Efrem de Syriër over goddelijke en menselijke creativiteit’, in De Kovel. Monastiek tijdschrift voor Vlaanderen en Neder-land, nr. 35, 7 (2014) 22-31. 8Uitleg van Genesis 1:26 in Commentaar op Genesis I.29. 9 Het onderstaande herneemt enkele passages uit een artikel dat ik schreef voor Lucepedia - Digitale Theologische Encyclopedie (zie https://lucepedia.nl/dossier/johannes-van-apamea). Zie verder Leo van Leijsen, ‘De driedeling van het geestelijk leven bij Johannes van Apamea. Kritische kanttekeningen bij enige gangbare interpretaties’, in Journal of Eastern Christian Studies 51 (1991) 213-240. 10 De pionier van de studie van de Oost-Syrische mystiek was de karmeliet Robert Beulay, zie vooral La Lumière sans forme. Introduction à l’étude de la mystique chrétienne syro-orientale (L’Esprit et le Feu), Chevetogne, 1987. Zie verder ‘Liefde en vrijmoedigheid’, thema-dubbelnummer van Heiliging 58 (2008) met artikels van Joris Van Ael, André Louf, Benoît Standaert en Sabino Chialà over Isaak de Syriër, Simeon van Ṭaybūṯeh en Johannes van Dalyāṯa.
RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=