Perspectief 2020-49

42 Prof. dr. Herman Teule Perspectief gerespecteerd. Er zal geen dwang zijn in de religie. Niemand zal slecht behandeld worden en de mensen van Aelia moeten de jizya betalen zoals de mensen van een andere stad.” Het is een heel algemeen verdrag, maar eigenlijk met een zeer open houding ten aanzien van deze christenen in Jeruzalem. De algemeenheid van dit verdrag is ook de zwakke kant ervan. Het is zo algemeen dat natuurlijk een aantal juridische bepalingen daaruit gedestil- leerd moesten worden. Dat zien we dan ook spoedig gebeuren. Dat gebeurt gradueel. Er ontstaat wat men zou kunnen noemen een dhimma-contract. Dhimma zou men kunnen vertalen met bescherming. Een dhimma-contract heeft twee luiken: een aantal verplich- tingen en een aantal rechten. Wat de plichten betreft: de dhimmi’s – dat zijn de mensen die vallen onder dat dhimma- contract – zijn verplicht bepaalde belastingen te betalen. De eerste taks is een jizya-taks, een hoofdelijke taks die geheven werd van iedere persoon. Als je moslim werd, werd die taks afgeschaft. Dat is een typische belasting, alleen voor die mensen van het boek. Het is niet zo dat de moslims geen belasting hoeven te betalen; die hebben hun eigen religieuze belasting, de kharâj genoemd. Maar die belasting voor de christenen was zwaarder, daar zijn alle bronnen het over eens. Je zou kunnen zeggen dat er een soort discriminatie mee gemoeid is. Van moslimzijde wordt dat wel verdedigd met dat daar tegenover staat dat de christenen geen legerdienst hoeven te vervullen en vrijgesteld zijn van een aantal zaken die wel gevraagd worden van de moslim. Dit is niet een totaal onbarmhartige taks geweest. We weten uit de bronnen dat heel veel groepen mensen ervan vrijgesteld zijn. Ook hier- over kunnen we geen algemene uitspraken doen; in de islam zijn er immers vier grote rechtsscholen en de bepalingen hiervan zijn wat verschillend. Er is wel uniformiteit om te zeggen dat zieke mensen niet betalen. In heel veel gevallen betalen ook de vrouwen niet. Bisschoppen zijn eveneens vrijgesteld. Priesters en monniken zijn vaak vrijgesteld. Er is een zekere generositeit ingebouwd in het systeem. 1.3. Plichten De tweede taks, de kharâj, is een taks die op de gronden geheven wordt, een soort lump sum. Ik maak het heel concreet. Als je een dorp hebt van 100 personen, dan betaalt dat dorp samen die taks. Als 10 personen overgaan naar de islam, dan betalen de 90% die christen gebleven zijn hetzelfde bedrag. Dat kan steeds zwaarder worden. En dat verklaart

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=