Perspectief 2020-49

40 Prof. dr. Herman Teule Perspectief 1.1. Godsdienstvrijheid van de christenen Ik begin met een ietwat vreemde foto. U ziet daar het bezoek van de Chaldeeuwse patriarch, kardinaal Louis Sako op bezoek bij Barham Salih, de Iraakse president. De Chal- deeuwse Kerk is de grootste kerk in Irak. Het gaat mij om de vlag. Op de Iraakse vlag ziet u letters staan. Daar staat Allahu akbar, ‘God is groter’. We kunnen als christenen niets tegen zo’n statement hebben. Maar het bijzondere is natuurlijk wel dat Allahu akbar func- tioneert in een totaal islamitische setting. Het is onderdeel van de oproep tot gebed. Dat geeft meteen een islamitische gelaagdheid aan het embleem van de Iraakse staat. Hoe voelt zo’n patriarch zich als hij staat voor deze vlag? Dat is een beetje mijn vraag. A ls ik ga praten over de godsdienstvrijheid in het Midden-Oosten, is dat natuurlijk zo’n breed on- derwerp. Ik wil een paar zaken op voorhand zeggen. Ik ga me focussen op de christelijke minderheid. Ik had het over de yazidi’s kunnen hebben of over de Joden, maar de beperkte tijd stelt grenzen. De christelijke minderheid is niet homogeen. In het Midden-Oosten zijn er heel wat ver- schillende kerkgemeenschappen. Er is een gedeelte dat verbonden is met Rome, er zijn andere die niet verbonden zijn met Rome. Ze hebben allemaal hun eigen positie binnen de samenleving. Dat is iets dat ik wil meenemen in mijn verhaal. Het tweede punt is dat die christenen in het Midden-Oosten natuurlijk een kleine minderheid zijn geworden, ze- ker na wat er de laatste jaren gebeurd is in Syrië en Irak. Om één voorbeeld te geven: in het jaar 2003 bij de val van het regime van Saddam Hussain in Irak, waren er in Irak een anderhalf miljoen christenen. Nu is het 250.000; schattingen zijn natuurlijk helemaal niet precies. We bereiken langzamerhand een ondergrens om maatschappelijk nog een zekere relevantie te kunnen hebben. Wat Syrië betreft weten wij het ook niet. Voor de oorlog was het 8% christenen, nu misschien 4%. 1.2. Dhimma-stelsel Er is de verdeeldheid onder de christenen. Die verdeeldheid is er ook aan islamitische kant. Dat geldt zeker voor het land waar ik in het tweede luik over ga spreken, Irak, waar een sji`ietische meerderheid is van bijna 60% die tot een verstandhouding moet komen met een sunnietische minderheid. In andere islamitische staten is het anders. Die islamitische wereld is niet homogeen. Men heeft in bepaalde situaties ook problemen met elkaar. Zo zit er bij voorbeeld duidelijk een anti-sji`ietische toets in de Egyptische grondwet. En ten

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=