Perspectief 2020-47

2020-47 29 Synodaliteit: idee en realiteit in een protestantse kerk 1 Prof. dr. Leo Koffeman Dat het thema ‘synodaliteit’ relevant is voor de kerk waartoe ik behoor, zal voor menigeen onmiddellijk duidelijk zijn. Ik ben emeritus-predikant en hoogleraar in de Protestantse Kerk in Ne- derland (PKN), en die kerk behoort immers tot de kerken van wat we noemen ‘het presbyteria al- synodale type’. Het synodale behoort dus tot de wezenskenmerken van de traditie waarin ik sta. Hierna wil ik over de grondgedachten van dit presbyteriaal-sy- nodale stelsel en over het onderliggende concept van de synodaliteit van de kerk iets meer zeggen, om u afsluitend te laten delen in de ervaringen – positief en negatief – die we in de PKN hebben met dit synodale aspect van onze manier van kerk-zijn. Maar ik begin met enige begripsverheldering rond het begrip synodaliteit als zodanig, vertrekkend vanuit de wijze waarop hierover in de internationale oecumene wordt gesproken. 1. Synodaliteit Het is van belang te begrijpen dat in de wereldwijde oecumene het begrip ‘synodaliteit’ een bredere betekenis heeft dan in de kerkrechtelijke discussie gebruikelijk is. In die oe- cumenische discussie is het them a ‘synodaliteit’ recent weer op de agend a gezet, en wel onder meer in het belangrijke rapport uit 2013 over De Kerk 2 van de Commission on Faith and Order waarin de Wereldraad van Kerken samenwerkt met de Rooms-Katholieke Kerk. Bij mijn weten werd binnen Faith and Order niet eerder zo uitvoerig nagedacht over het thema ‘synodaliteit’ als in dit rapport. Er is een eigen paragraaf aan gewijd, § 53, die staat in de context van het denken over de wijze waarop in de kerk toezicht ( episkopé ) wordt uitgeoefend. In die paragraaf wordt ‘synodaliteit’ gepre senteerd als een synoniem voor

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=