Perspectief 2019-44

Perspectief 34 Inzet van Moslims in Nederland voor interreligieuze dialoog en verdraagzaamheid 2. Achterhaalde verhoudingen In de tijd van verzuiling stond ‘eigenheid’ centraal en die werd relatief intenser beleefd. Daarin was een beeld van de ander besloten. Ik denk dat wij het met elkaar eens zijn dat dit beeld van het andere negatief was. In sommige situaties was het zelf een ‘anti’beeld. Alleen in onvermijdelijkheid had je te doen met het geheel of met afzonderlijke mensen van andere zuilen en identiteiten. Formeel was het kortstondig en informeel was het stie- kem. In de islamitische landen was het niet echt anders. Zuilen waren er niet, maar in een bepaald gebied had je de dominantie van een bepaalde religieuze traditie. De rest moest zich schikken en een gedoogde positie accepteren. Mensen die niet kunnen omgaan met de openheid verlangen naar deze achterhaalde verhoudingen. In onze huidige samenleving wil de meerderheid niet terug naar het verleden. Het vertoe- ven in je eigen kring is niet meer een vanzelfsprekendheid en staat duidelijk onder druk. Onder strikte voorwaarden is een bewuste keuze voor maatschappelijke afzondering ac- ceptabel. En dit moet echt een uitzondering zijn en niet te allen tijde gelden. Daartegenover staat dat jij meestal in de samenleving bent en meedoet. Mensen of groe- pen die onvoldoende participeren in de samenleving creëren een ‘blinde vlek’ en daarmee trekken zij aandacht: wat is er aan de hand, vragen wij ons af. Wat verbergen zij? Deze geslotenheid roept allerlei negatieve associaties op. De politieke discussie van parallelle gemeenschap is op die manier ontstaan. Alsof de ‘geslotenheid’ een uiting is van het niet onderschrijven van de grondbeginselen van onze samenleving of van het feit dat zo’n groep bewust geen bijdrage wil leveren. In deze situatie wordt ‘religie’ sterk geassocieerd met ‘afzondering’ en een ‘heimelijke’ agenda. Tegen deze achtergrond moet de ‘gesloten- heid’ opengebroken worden. Een notie van ‘eigen kring’ bestaat dan niet meer zoals het ooit bestond. Je kan je niet meer terugtrekken omdat de externe oriëntatie richtinggevend is geworden. De discussie in je eigen kring ligt meteen op straat. Allerlei interne aangelegenheden moeten meteen extern worden verantwoord: hoe draagt dat bij aan onze gemeenschappelijke noemer? Heeft het geen toegevoegde waarde, dan is het betekenisloos. Hierdoor staat ‘eigenheid’ onder druk. In die verhouding kun je je niet meer op de gebruikelijke manier beroepen op de gezaghebbende bronnen en tradities. De redenering van: het staat in de Koran en

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=