Perspectief 2017-35

Perspectie 68 Prof. Dr. A.H.M. (Fred) van Iersel waardigheid moet zijn. Dat komt niet alleen in beleid tot uitdrukking, maar ook in de publieke communicatie erover. Zo zou bijvoorbeeld nooit over vluchtelingen stromen gesproken mogen worden, omdat dit in ons land een soort watersnoodramp suggereert en deze groep dus als zodanig tot ‘vloedgolf’ en dus probleem maakt voor het gastland. En natuurlijk komt respect voor het persoon zijn ook tot uitdrukking in de uitvoering van beleid en in omgangsvormen. Het gaat hierbij dus minstens ook over moraal en cultuur en niet alleen over wetgeving en beleid. Het zesde punt dat ik ontleen aan Pacem in Terris is het meest spannende. Pacem in Terris stelt uitdrukkelijk dat er geen absolute opnameverplichting is, maar alleen ‘ so far as the good of their own community, rightly understood, permits’ (nr. 106). Dit betekent mijns inziens dat onze politieke cultuur de vraag naar opnamecapaciteit en draagkracht niet moet taboeïseren en wegmoffelen. De vraag hoe veel vluchtelingen landen of regio’s in een land, kunnen opnemen, kan, mag en moet voorwerp van politiek- moreel beraad zijn. Ons land kent helaas cases als Bernheze en Geldermalsen, waar de onderschatting van de discussie over het draagvlak deze zakelijkheid van Pacem in Terris miste. Er zijn blijkens deze passage in Pacem in Terris namelijk altijd interpretatiekwesties wat het algemeen welzijn vereist en wat het in een gegeven situatie inhoudt. Als het openbaar bestuur een kwestie wegmoffelt, mobiliseert het zelf oppositie, zo is gebleken. Zo geeft het openbaar bestuur niet de kans aan burgers om hun terechte zorgen te uiten en tegelijk een authentieke morele bewogenheid en betrokkenheid op asielzoekers en erkende vluchtelingen te ontwikkelen. 4. Conclusies Meerzijdige loyaliteit vereist gerechtigheid De eerste conclusie uit deze beschouwing over de actualiteit van Pacem in Terris voor het vreemdelingendebat is dat menselijke waardigheid intrinsiek is en dus dat mensenrechten intrinsiek zijn, maar dat de uitoefening ervan en de balans met plichten en de afstemming op het algemeen welzijn niet automatisch optreden, maar verantwoordelijkheid en prudente afweging van alle betrokkenen vereisen. In feite betekent dit dat van iedere betrokkene een meerzijdige loyaliteit wordt vereist: ten opzichte van het verlicht

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=