Perspectief 2012-18

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 18, december 2012 27 “Ik durf daarom de vrijheid niet te nemen om mijn vorm van aanbidding aan een ander op te leggen. Ik geloof dat die waarlijk oorspronkelijk en apostolisch is, maar mijn geloofsovertuiging is geen regel voor een ander. Daarom vraag ik niet aan hem met wie ik mij in liefde wil verenigen: Bent u van mijn kerk? Of van mijn gemeente? … Laat al deze dingen terzijde staan; we zullen er, als het dan moet, bij een betere gelegenheid over praten; mijn enige vraag op dit moment is deze – ‘Is uw hart mij even oprecht toegedaan als mijn hart u?’. …. ‘Indien het zo is, geef mij dan uw hand.’ Ik bedoel niet: ‘Deel mijn mening’. Dat hoeft u niet, ik verwacht of verlang dat niet. Ook bedoel ik niet: ‘Ik zal uw mening delen’. Dat kan ik niet, het hangt niet af van mijn keuze; ik kan niet anders denken dan vanuit hetgeen ik zie of hoor, en dat zal ik doen. Houd u uw mening, ik de mijne, en dat zo standvastig als ooit. U hoeft niet eens te proberen mijn kant op te komen, of mij naar u toe te brengen. Ik verlang er niet naar over deze dingen te discussiëren, of er een woord over te spreken, of aan te horen. Laten alle meningen aan weerszijden blijven staan, geef mij slechts uw hand.” 67 waarheid tot gewone mensen wil brengen ( ‘plain truth for plain people’ ): “Ik heb in de volgende preken geschreven wat ik ontdekte wat de Bijbel leert over de weg naar de hemel”. 67 Sermon 39 in J. Wesley, The Works of John Wesley: Volume 2 Sermons II: Sermons 34-70 . Abingdon Press, 1985 (eigen vertaling).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=