Van Conflict naar Gemeenschap

62 HOOFDSTUK IV “ware re-presentatie van het gebeuren aan het kruis”.47 Niet alleen de werking van het kruisgebeuren, maar ook dat gebeuren zelf is aanwezig in de Maaltijd des Heren, zonder dat het maal een herhaling of vervulling is van het kruisgebeuren. De eenmalige gebeurtenis is aanwezig in een sacramentele modaliteit. De liturgische vorm van het heilige maal moet echter alles uitsluiten wat de indruk zou kunnen wekken van herhaling of vervulling van het kruisoffer. Als het begrip van de Maaltijd des Heren consequent als werkelijke gedachtenis serieus wordt genomen, zijn de verschillen in opvatting van het eucharistisch offer voor katholieken en lutheranen aanvaardbaar. Communie onder beide gedaanten en het eucharistisch dienstambt 160. Sinds de tijd van de Reformatie ontvangen leken in de lutherse erediensten de kelk. Deze praktijk heeft het lutherse Avondmaal lange tijd visueel onderscheiden van de katholieke praktijk van lekencommunie onder de gedaante van brood alleen. Nu kan als beginsel worden gesteld: “Katholieken en lutheranen zijn eensgezind in de overtuiging dat brood en wijn tot de volledige vorm van de eucharistie behoren” (Eucharist 64). Desondanks blijven de praktijken van de Maaltijd des Heren verschillend. 161. Aangezien de vraag naar de leiding van de eucharistieviering van groot belang is voor de oecumene, is de noodzaak van een door de kerk benoemde bedienaar een wezenlijke consensus die de dialoog heeft vastgesteld: “Katholieke en lutherse christenen zijn het erover eens dat de eucharistie gevierd moet worden onder leiding van een door de kerk aangewezen bedienaar” (Eucharist 65). Desondanks zien katholieken en lutheranen het dienstambt niet op dezelfde manier. AMBT LUTHERS OPVATTING VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK PRIESTERSCHAP VAN DE GEDOOPTEN EN VAN HET GEORDINEERDE AMBT 162. In het Nieuwe Testament wees het woord hiereus (priester; Latijn sacerdos) niet op een ambt in de christelijke gemeente, ook al beschrijft Paulus zijn apostolische dienst als die van een priester (Rom. 47 Idem, 93.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=