Van Conflict naar Gemeenschap

LUTHERSE ONTWIKKELINGEN 23 genadige God?’ Het feit dat deze vraag de drijfveer van zijn gehele leven was, maakt telkens weer indruk op mij. Want wie is hier tegenwoordig nog mee bezig – zelfs onder christenen? Wat betekent de Godsvraag in ons leven? In onze verkondiging? De meeste mensen, ook de christenen, gaan er tegenwoordig van uit dat God niet echt geïnteresseerd is in onze zonden en deugden.”7 LUTHERSE ONTWIKKELINGEN 31. Ook het protestants onderzoek naar Luther en de Reformatie maakte een ontwikkeling door. De twee wereldoorlogen ondermijnden ideeën over de vooruitgang van de geschiedenis en over de relatie tussen christendom en westerse cultuur, terwijl de opkomst van kerygmatische theologie een nieuwe richting wees om met en over Luther te denken. Uit het gesprek met historici werden historische en sociale aspecten in de beschrijving van de Reformatie opgenomen. Lutherse theologen erkenden dat theologische opvattingen en politieke belangen vervlochten waren, niet alleen bij de katholieken, maar ook bij hen zelf. Door de dialoog met katholieke theologen konden zij eenzijdige confessionele benaderingen loslaten en bepaalde aspecten van hun eigen tradities kritischer bezien. HET BELANG VAN OECUMENISCHE DIALOGEN 32. De gesprekspartners zijn gehouden aan de doctrines van hun respectievelijke kerken, die in hun visie de waarheid van het geloof uitdrukken. Die doctrines hebben veel gemeen, maar kunnen in hun formulering behoorlijk verschillen of zelfs met elkaar botsen. Het eerste maakt dialoog mogelijk; het tweede maakt dialoog noodzakelijk. 33. De dialoog laat zien dat de partners verschillende talen spreken en de woorden op een verschillende manier uitleggen; ze onderscheiden anders en denken in andere vormen. Een verschil in formulering duidt echter niet altijd op een inhoudelijk verschil. Om de precieze relatie tussen verschillende geloofsartikelen te kunnen bepalen, moeten de betreffende teksten gelezen worden in het licht van de historische 7 Benedictus XVI, ‘Treffen mit Vertretern des Rats der Evangelischen Kirche in Deutschland, 23. September 2011’.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=