OECUMENISCH DIRECTORIUM 62 f) erkenning dat niet allen op gelijke wijze voorbereid zijn op het deelnemen aan een dialoog, gezien de verschillen in opleidingsniveau, geestelijke rijpheid en spirituele ontwikkeling. ROL VAN DE KERKELIJKE FACULTEITEN 88. De apostolische constitutie Sapientia christiana zegt dat vanaf de eerste leerkring op de theologische faculteit de fundamentaaltheologie moet worden bestudeerd, waarbij ook aandacht moet worden besteed aan de vraagstukken met betrekking tot de oecumenische beweging.101 Eveneens moeten in de tweede leerkring "de oecumenische vraagstukken volgens de normen van het bevoegde kerkelijk gezag zorgvuldig worden bestudeerd"102 Met andere woorden, het zal goed zijn om aparte cursussen te geven over de oecumenische beweging; naast de reeds in nr . 79 genoemde elementen zouden die over het volgende kunnen gaan: a) de huidige stand van zaken inzake de betrekkingen tussen de r.-k. kerk en de andere kerken en kerkelijke gemeenschappen, gebaseerd op de bestudering van de gepubliceerde resultaten van de dialoog; b) bestudering van het erfgoed en de tradities van de andere christenen van het Oosten en het Westen; c) het belang van de Wereldraad van Kerken voor de oecumenische beweging, en de huidige situatie betreffende de betrekkingen tussen de r.-k. kerk en genoemde Raad; d) de rol van nationale en bovennationale raden van kerken, hun prestaties en moeilijkheden. 101 Vgl. Sapientia christiana, 'Bijzondere normen', Art. 51, 1e, b. 102 Sapientia christiana, 69.
RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=