OECUMENISCH DIRECTORIUM 120 leerstellig gebied te komen uiteenzetten van de door hen vertegenwoordigde kerken en gemeenschappen, als aanvulling op de oecumenische vorming die de studenten al van hun katholieke docenten ontvangen. Deze docenten kunnen ook colleges van technische aard geven zoals talencursussen, colleges over sociale communicatie, over godsdienstsociologie, enzovoorts. Wanneer de Bisschoppenconferenties en de Synoden van de katholieke Oosterse kerken de normen hieromtrent vaststellen, dienen zij rekening te houden met de ontwikkelingsgraad van de oecumenische beweging in hun land en met de concrete relaties tussen de katholieken en de andere kerken en kerkelijke gemeenschappen.179 Zij dienen met name nader aan te geven hoe in hun gebied de katholieke criteria moeten worden toegepast ten aanzien van de bevoegdheid van de docenten, de duur van hun onderricht en hun verantwoordelijkheid met betrekking tot de inhoud van de colleges.180 Ook moeten zij aangeven op welke wijze het onderwijs dat de katholieke studenten in die colleges ontvangen, geïntegreerd kan worden in het geheel van hun studieprogramma. De docenten die worden uitgenodigd, zullen als 'gastsprekers' worden aangeduid. Wanneer dat nodig is zullen de katholieke instellingen werkbijeenkomsten of colleges organiseren om het verband aan te geven van hetgeen door de sprekers van andere kerken en kerkelijke gemeenschappen is onderwezen. Wanneer katholieke docenten in soortgelijke omstandigheden worden uitgenodigd om conferenties te geven in de seminaries en theologische opleidingen van andere kerken, zullen zij zich van harte aan dezelfde voorwaarden onderwerpen. Een dergelijke uitwisseling van docenten, die de belangen eerbiedigt van iedere kerk op het gebied van de theologische basisvorming van de eigen lidmaten en met name van hen die geroepen zijn haar bedienaren te worden, is een doeltreffende vorm van oecumenische samenwerking en een goed 179 Vgl. SBEC, circulaire over het oecumenisch onderwijs, 10a. 180 Vgl. t.a.p.
RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=