De Kerk- Op weg naar een gemeenschappelijke visie

26 HOOFDSTUK III De Kerk groeit in gemeenschap in het gemeenschappelijk getuigenis ten overstaan van en dienst aan de wereld.’ 30 Deze ei- genschappen dienen als een noodzakelijk kader om de eenheid in rechtmatige verscheiden- heid te handhaven. Bovendien is de groei van de kerken naar de eenheid van de ene Kerk nauw verbonden met hun roeping om de eenheid van de hele mensheid en de hele schep- ping te bevorderen, omdat Christus, die het hoofd van de Kerk is, degene is in wie allen moe- ten worden verzoend. In de dialoog, zoals die welke het schrijfproces en de receptie van Doop, Eucharistie en Ambt vergezelde, is al significante vooruitgang in convergentie geboek- staafd op het punt van deze voor de gemeenschap wezenlijke elementen, zij het op dat van het ambt minder dan op de andere twee. De voorliggende tekst heeft niet de bedoeling de verworvenheden uit het verleden te herhalen, maar hij wil ze kort samenvatten en enkele stappen voorwaarts aangeven die in de afgelopen jaren zijn gezet. Geloof 38. Met betrekking tot het eerste van deze elementen heerst er brede overeenstem- ming dat de Kerk geroepen is om in iedere generatie ‘het geloof’ te verkondigen ‘dat voor eens en altijd aan de heiligen is toevertrouwd’ (Judas v.5) en standvastig te blijven in de leer 30 Uit ‘The Church. Local and Universal’ (1990) § 25, in Growth in Agreement II , 868. De paragrafen 10-11 en 28-32 van deze tekst zijn met de citaten en de voetnoten daarbij het bewijs van het feit dat zijn voorstelling van gemeenschap ontleend is aan een hele reeks oecumenische dialogen waarbij anglicanen, lutheranen, methodis- ten, orthodoxen, gereformeerden en rooms-katholieken betrokken waren, en aan verschillende verklaringen over de eenheid die op enkele algemene vergaderingen van de Wereldraad zijn aanvaard (zie noot 26). De verklaring van de Wereldraad ‘The Unity of the Church as Koinonia . Gift and Calling’ geeft meer gewicht aan het element van de ambtelijke bediening door aan erkend verzoend toe te voegen (M. Kinnamon [ed.] Signs of the Spirit. Of- ficial Report Seventh Assembly , Genève [WCC] 1991, 173). Dergelijke rangschikkingen van de fundamentele componenten van gemeenschap komen ook voor in het luthers/rooms-katholieke document ‘Facing Unity’ in Growth in Agreement II , 456-477, waarin de Kerk wordt voorgesteld als een gemeenschap in geloof, sacramen- ten en dienst, en in de methodistisch/rooms-katholieke tekst ‘The Apostolic Tradition’ ( Growth in Agreement II , 610-613) waarin het levend lichaam van de Kerk wordt beschreven in termen van geloof, eredienst en ambt. De klassieke verklaringen over de eenheid van de algemene vergaderingen van de Wereldraad van New Delhi (1960), Nairobi (1975), Canberra (1990) en Porto Alegre (2005) presenteren ook de essentiële eigenschappen van de eenheid, zoals het volgende citaat van de laatste kan illustreren: ‘Onze kerken hebben bevestigd dat de eenheid waarom we bidden, waarop we hopen en waaraan we werken “een koinonia [is] die gegeven is met en zich uitdrukt in de gemeenschappelijke belijdenis van het apostolisch geloof, een gemeenschappelijk sacramen- teel leven waartoe men toegang krijgt in de ene doop en die men samen viert in een eucharistisch verbond, een gemeenschapsleven waarbinnen lidmaten en ambten over en weer worden erkend en verzoend en een gemeen- schappelijke zending die bestaat in het getuigenis van het evangelie van Gods genade voor alle mensen en in dienst aan heel de schepping.” Zulke koinonia moet tot uitdrukking worden gebracht op iedere plaats en door conciliaire verhoudingen tussen kerken op verschillende plaatsen.’ in ‘Called to Be the One Church’ § 2, Growth in Agreement III , 606-607 (zie noot 10).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=