>

Overeen 2020-44

1 • april 2020 De weg naar het licht door Leo van Leijsen Inhoudsopgave A P R I L 2020 De weg naar het licht is allereerst de weg van Christus zelf, in wiens kiel- zog de mensen de weg naar het licht vinden. Dit gegeven wordt mooi uit- gedrukt in de icoon die we als afbeel- ding bij de Zondag voor de Oosterse Kerken hebben gekozen. Deze icoon heet de anastasis , dat wil zeggen de verrijzenis, maar die ook wel, met een andere naam, ‘nederdaling ter helle’ wordt genoemd. De verrijzenis van Christus wordt in de oorspronkelijke iconenkunst niet afgebeeld op het moment van het verrijzen zelf. Er waren aanvankelijk traditiegetrouw voor de verrijzenis maar twee afbeel- dingen. Allereerst gaat het om de afbeelding van het lege graf, waar de vrouwen op Paasmorgen op stoten, en waar ze een ontmoeting met de engel hebben die verkondigt dat Jezus niet meer in het graf is. En dan is er de nederdaling ter helle, die als gegeven teruggaat op het verhaal van Jezus’ komst naar het dodenrijk. Dat verhaal komt niet uit de Bijbel, maar uit teksten die stammen uit de tijd na de Bijbel. Deze mythische ver- telling over Jezus’ komst naar het dodenrijk is een mysterieus verhaal dat het mysterieuze karakter van de verrijzenis goed tot gelding laat komen. Zoomen wij hier in op de icoon die dit verhaal van de nederda- ling ter helle vertelt. Ontrukt aan de dood Wat zien we op deze icoon? Er gebeurt van alles op deze icoon. Het is een afbeelding die rijk is aan sym- boliek. We zien Christus in het cen- trum van de icoon afgebeeld. Hij wordt omgeven door een zogeheten mandorla , een amandelvormige stra- lenkrans, die van donker in de kern – verwijzing naar Gods onkenbare wezen – uitstraalt in helder wit licht en overdekt is met sterren. Christus zelf is gehuld in lichtende helderwit- te kleren, die om zijn lichaam wappe- ren. Rond zijn hoofd heeft Christus nog een goudkleurig aureool. De figuur van Christus is vol beweging, alsof Hij net komt aangesneld. Wij zien hoe Hij de twee poorten van de onderwereld die Hij geforceerd heeft onder zijn voeten vertrapt. Daaronder ligt in de krochten van het dodenrijk het hang- en sluitwerk dat door Christus geslaakt is. De enige die nog gebonden is – de man onderaan in boeien liggend – is het gepersonifieerde dodenrijk zelf; ‘de hel is in boeien’ zegt de Byzantijnse liturgie. Christus trekt Adam, links, en Eva, rechts, uit hun graven. Ontrukt aan de dood. Links op de icoon staan achter Adam de mensen van het Oude Verbond die mede uit het n Pag. 1-2 Leo van Leijsen legt aan de hand van de icoon uit wat de verrijzenis en de nederdaling ter helle met elkaar te maken hebben. De verkondiging van de verrijzenis sluit niemand buiten. n Pag. 3 In ons land vieren we met dankbaarheid 75 jaar vrij- heid en vrede. Mgr. Gerard de Korte laat zien dat de door Christus geschonken vrijheid een belangrijke bron van inspiratie blijft. n Pag. 4 Heeft Christus de weg naar God opengelegd? V. Meletios Webber gaat in op het verschil tussen Theosis (Vergoddelijking) in de Oosterse traditie en Schouwen in de Westerse traditie. n Pag. 5 De ontmoeting met Christus kan een overstelpende en omvormende ervaring zijn. Machiel Jonker vertelt hoe deze ervaring het leven van een pinksterchristen tekent. n Pag. 6 Waar raakt de verheerlij- king van de Vader door de Zoon ons leven? Het gebod van de liefde kan de ogen openen voor de Ander in zijn heerlijkheid en ons in een onvermoede ruimte stellen. n Pag. 7 In het monastieke leven is men terughoudend in het spreken over Godservaring of Theosis, stelt zr. Hildegard osb. Het accent ligt op de uit- zuivering van het hart. De asceet loopt a.h.w. vooruit op de nieuwe schepping. n Pag. 8 Aankondiging van de stu- diemiddag Godsdienstvrij- heid in het Midden Oosten met prof. dr. Jan de Volder, Dr. Jos Strengholt en prof. dr. Herman Teule. Het motto ‘De weg naar het licht’ van de Zondag voor de Oosterse Kerken 2020 is ontleend aan 1 Petr 2,4-9, waar in het laatste vers wordt gesproken over ‘Hem die u uit de duisternis heeft geroepen tot zijn won- derbaar licht.’ Degene over wie wordt gesproken is God, die dit reali- seert in Christus’ persoon. 1 Petr 2,4-9 gaat verder over de steen die de bouwers hadden afgekeurd maar die de hoeksteen is geworden: Christus. Dit hoeksteen worden van Christus is gebeurd in de verrijzenis, waarin God de vermoorde Jezus na zijn smadelijke dood heeft opgewekt en heeft verheven.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=