Herstel van Kerkgemeenschap – hoe ver zijn we?

thoenissenDe oecumenische dialogen zijn van grote betekenis op de weg naar het herstel van kerkgemeenschap. In deze dialogen zijn bruggen geslagen tussen verschillende denkvormen die eeuwenlang de afgrenzing van de confessies hebben bepaald. Op de jaarvergadering van de Katholieke Vereniging voor Oecumene op vrijdag 9 november jl. sprak prof. dr. Wolfgang Thönissen over de groeiende gemeenschap tussen katholieken en protestanten. We zijn er weliswaar nog niet, maar dankzij de overeenstemmingen met name over de rechtvaardigingsleer, is de verbondenheid tussen de kerken werkelijk verdiept.

Deze verbondenheid blijft, ook als er zaken zijn waarover de kerken nog geen overeenstemming kunnen bereiken. Naast het verhaal van Thönissen klonken er twee kritische co-referaten. Prof. dr. Sabine Hiebsch zoomde in op de vrouwenordinatie als belangrijk en onopgeefbaar thema dat in de oecumenische dialogen echter nauwelijks aan bod komt; dr. Arjan Plaisier stelde in een profetische rede dat de eenheid van katholieken en protestanten geen uitstel meer duldt en dat er nu doorgepakt moet worden.

Rechtvaardiging als sleutelthema

In zijn spontaan, los van het papier gesproken voordracht nam Wolfgang Thönissen, rooms-katholiek theoloog en directeur van het Johann Adam Möhler Instituut in Paderborn, zijn gehoor mee op de oecumenische weg. Hij stond uitvoerig stil bij het wederzijds onbegrip dat in de 16e leidde tot de breuk tussen Wittenberg en Rome. De scheiding in de Westerse kerk voerde hij terug op verschillende van elkaar vervreemde denkwerelden. De geschiedenis van het conflict tussen Rome en Reformatie kan niet veranderd worden, maar de manier waarop we er naar kijken en ermee omgaan, is wel aan verandering onderhevig. Inzicht in de denkvormen van Maarten Luther en Thomas Cajetan, die in 1518 tegenover elkaar stonden, is een eerste stap om de tegenstellingen te ontsleutelen. Rechtvaardiging was een sleutelthema in het denken over geloof en kerk. De methode om tot overeenstemming te komen, laat vandaag meer ruimte voor verscheidenheid dan voorheen. In de dialogen wordt gezocht naar overeenstemming in grondwaarheden en is ruimte voor verschillende accenten voor zover de fundamentele overeenstemming niet in het geding is. De technische term daarvoor is: ‘gedifferentieerde consensus’.

Na het bereiken van de overeenstemming tussen Lutheranen en Katholieken over de Rechtvaardigingsleer in 1999, een overeenstemming die inmiddels ook is onderschreven door Methodisten (2005), Anglicanen (2017) en Gereformeerden (2017), is het doel om ook over andere onderwerpen een dergelijke overeenstemming te bereiken. Met Anglicanen en Lutheranen is over vragen rond sacramenten, ambt en kerk al vergaande overeenstemming bereikt. Hoopgevend is dat er nu ook een officiële dialoog over het verstaan van de Kerk van start gaat tussen de Pauselijke Raad voor de Eenheid en de Gemeenschap van Evangelische Kerken in Europa (GEKE). De basis daarvoor is een gemeenschappelijke tekst over Kerk en Kerkengemeenschap die in september in Bazel werd gepresenteerd op de algemene vergadering van de Gemeenschap van Evangelische Kerken in Europa. Ook de Protestantse Kerk in Nederland is hierbij aangesloten.

Vrouwenordinatie

Prof. dr. Sabine Hiebsch, hoogleraar Lutherstudies aan de Theologische Universiteit kampen, noemde in aansluiting bij de Wereldraad van Kerken vier punten waarop de kerkelijke gemeenschap berust: gemeenschap in het belijden van het apostolisch geloof, gemeenschap in de sacramenten, gemeenschap in het ambt en gemeenschappelijk handelen in getuigenis en dienst aan de wereld. Na een schets van de positie van het lutheranisme in Nederland, een minderheidskerk waarvoor de internationale contacten belangrijk zijn, sprak zij over de vrouwenordinatie in relatie tot het vraagstuk van kerkelijke gemeenschap. De toelating van vrouwen tot het kerkelijk ambt is in de 20e eeuw op de agenda’s van de kerken gekomen. In de loop van de 20e eeuw hebben veel kerken uit de Reformatie, de Anglicaanse en Oud-katholieke Kerken het kerkelijk ambt voor vrouwen opengesteld. Voor de Rooms-katholieke en Orthodoxe Kerk is dit onderwerp niet bespreekbaar en een obstakel voor het herstel van kerkelijke gemeenschap. Hiebsch sprak van een zeer belangrijk en onopgeefbaar thema, dat helaas buiten de oecumenische dialogen wordt gehouden en zelfs als wisselgeld gebruikt zou kunnen worden om kerkelijke gemeenschap mogelijk te maken.  

Urgentie

Het verhaal van dr. Arjan Plaisier, oud-scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, was hem door de publicatie op Hervormingsdag 2018 van zijn artikel in het tijdschrift Wapenveld al vooruit gesneld. In zijn bijdrage bracht hij het oude visioen, dat de oecumenische beweging vanaf het begin heeft bezield, tot leven. Zijn pleidooi voor herstel van kerkengemeenschap wordt gekenmerkt door grote urgentie en ernst. Tegelijk neemt hij afstand van een gemakkelijke of goedkope oecumene. Iedere tijd, ook de onze vraagt om een waarachtig getuigenis van Christus. Daarin vinden christenen uit de verschillende kerkelijke tradities elkaar. De urgentie van vandaag wordt bepaald door het gegeven dat het christelijk leven, maatschappelijk en privé, verkruimelt en verdampt. Het is een gebod van deze tijd dat de grote kerkelijke tradities die langs de weg van de dialoog al grote struikelblokken hebben overwonnen, nu ook de daad bij het woord voegen. Herstel van gemeenschap duldt geen uitstel meer.

De lezingen van deze studiedag worden later gepubliceerd in het tijdschrift Perspectief van de Katholieke Vereniging voor Oecumene