Jaargang 67 Nummer 4

Als bibliotheekmedewerker van het Instituut voor Oosters Christendom kreeg ik onlangs het volledige werk van Stevan Mokranjac onder ogen, tien dikke delen die tussen 1992 en 1996 in Belgrado zijn uitgegeven. Het zat in de nalatenschap van Sacha Teunissen, dirigent van verschil- lende Byzantijnse en Orthodoxe kerkkoren. Een deel van zijn kerk- muziek wordt nog steeds veel gebruikt. Ik had er in de Servische parochie van Nijmegen al kennis mee gemaakt. De serie bevat ook samenvattingen in het Engels. Daardoor kon ik er eens dieper in duiken. Levensloop Stevan Stojanovic Stevan Stojanovic Mokranjac werd in 1856 ge- boren in Negotin, een Servisch stadje vlak bij de Roemeense en Bulgaarse grens. Mokranjac is zijn koosnaam, waarmee hij beroemd is gewor- den. Mokranja is het dorp waar zijn familie oor- spronkelijk vandaan kwam. Als kind deed hij in het plaatselijk kerkkoor zijn eerste ervaring op met zang en liturgie. De invloed van het Westen op de Servische cultuur was in die tijd groot. Welgestelde families lieten hun kinderen graag in het Westen studeren. Stevan studeerde van 1880 tot 1885 aan verschillende Westerse con- servatoria: eerst in München bij Josef Rhein- berger, een laatromantische rooms-katholieke kerkmusicus, later in Rome bij Alessandro Parisotti, die vooral klassieke liederen en aria’s componeerde, en tot slot in Leipzig bij de com- ponist Carl Reinecke en bij Salomon Jadassohn, muziekpedagoog en voorzanger van de syna- goge. Tijdens vakanties ging hij terug naar Servië en trok door het platteland om onder- zoek te doen naar volksmuziek. Hij had dus een heel brede ervaring en opleiding, zowel Westers als traditioneel Servisch. In 1887 vestigde hij zich definitief in Belgrado, waar hij dirigent werd van de eerste koor- vereniging van Belgrado Het koor vertolkte Servische volksmuziek en composities van Mokranjac zelf. Het koor had succes en hield tournees in de omringende landen, Rusland en Duitsland. In 1899 richtte hij de Servische Muziekschool op, waarvan hij tot zijn dood de directeur was, en in datzelfde jaar het eerste strijkkwartet van Servië, waarin hij zelf cello speelde. Soms viel hij als dirigent in bij andere koren, o.a. bij het Joodse Servische koor. In 1906 werd hij lid van de Servische Academie van Wetenschappen. Omdat zijn gezondheid achteruit ging moest hij een deel van deze ac- tiviteiten geleidelijkaan opgeven. In 1914 ver- huisde de familie naar Skopje om de gevolgen van de Eerste Wereldoorlog te ontlopen, waar hij hetzelfde jaar stierf. Hij heeft een groot en veelzijdig oeuvre nagelaten: publicaties met onderzoek naar volksmuziek, nieuwe composi- Stevan Stojanovic Mokranjac (1856 - 1914) Pokrof 3 StevanMokranjac. (Foto: Wikimedia Commons)

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=