Perspectief 2018-39

2018-39 Symposium: De impact van de Hervorming in onze kerken Dr. Arjan Arjakovsky 76 Reag eer zoals Paul Ricoeur 4 heeft aangetoond. Men dient van het voortdurend oproepen van de herinnering over te stappen naar het creatief omgaan met de herinnering vanuit een er- varing van afstand nemen, van vergeving en zelfs van berouw. 5 De orthodoxe Kerk heeft er dus geen belang bij om zich voortdurend voor te stellen als het slachtoffer van ‘Babylonische ballingschappen’ of het nu gaat om de Kruistochten, de islam, de communistische vervolging of de moderne wereld. Allereerst hebben deze trauma’s vaak vele eeuwen geleden plaatsgevonden. Hier voort- durend aan herinneren maakt dat de nieuwe generaties de gevoelens van frustratie en vernedering die angst oproepen en bron van geweld zijn, in stand houden. Ten tweede hebben sommige historische studies zoals die van Olivier Clément over By- zantium en het christendom, aangetoond dat vertegenwoordigers van de orthodoxe Kerk een deel van de verantwoordelijkheid dragen voor deze tragedies. Zo zijn de schisma’s met de Oriëntaalse Kerken op het moment van het concilie van Chalcedon in 451 eerder van politieke dan strikt theologische aard. Zo hebben de Byzantijnse keizers door hun et- nische politiek heel wat ongenoegen opgeroepen bij de Syrische en Koptische bevolking. Dit heeft later dramatische gevolgen gehad in de komst en de snelle verspreiding van de islam in de VII-VIIIste eeuw. Dit werk maken van de ontmythologisering van de geschiedenis zal bijdragen tot de ge- nezing van de gewonde herinneringen van de orthodoxe wereld. Marcus Plested toonde in zijn boek Orthodox readings of Aquinas aan dat het christelijke Oosten zich niet altijd tegen de scholastiek en tegen het Latijnse Westen heeft afgezet. Integendeel, van Deme- trios Kydones tot Nicolas Cabasilas en tot en met Paul Florensky en Serge Bulgakov hebben de orthodoxe theologen met aandacht en interesse de werken van de heilige Tho- mas van Aquino 6 gelezen. Het is ondenkbaar geworden voor het orthodoxe volk dat in de Middeleeuwen de Berg Athos Latijnse monastieke gemeenschappen heeft gehuisvest. Het is essentieel om deze oude traditie van de Kerk te herontdekken, met name dat een ver- schillende interpretatie van de dogma’s van de Kerk niet inhoudt dat er een breuk in de communio is. Het zou ons helpen te begrijpen waarom de concilievaders van Florence in 1439 ervoor kozen om een vereniging tussen de Kerken’ te ondertekenen ondanks de verschillen in theologische benadering. De trouw aan het verleden, bijvoorbeeld aan de patristische traditie over de kwestie van de filioque , alsook de zin voor de juiste waarheid,

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=