Perspectief 2018-39

2018-39 Symposium: Het uitgestelde dispuut. Luthers stellingen herlezen 40 Geen goedkope genade Prof. dr. Bram van de Beek De 95 stellingen zijn gericht tegen de aflaat. Dat de aflaathandel niet deugde is inmiddels wel duidelijk, niet alleen voor protestanten. Ook de Rooms-Katholieke Kerk heeft deze misstand snel uitgebannen. Het protestantisme reikt echter verder dan de aflaathandel. Het gaat om de wijze waarop mensen vrijspraak verkrijgen. Die krijg je niet door een aflaatbrief te kopen. Die krijg je alleen doordat God zelf je vrijspreekt. Het gaat om de persoonlijke relatie tussen Christus en ons, waarin we zijn vergevende liefde ontvangen en ervaren. Het gaat tussen God en mij en daarvoor is geen bemiddeling van een priester, van een paus of van heiligen voor nodig. Ik ben alleen afhankelijk van Christus en niet van een ander mens. Het is het hart van het orthodoxe protestantisme. Juist in dat perspectief wil ik vanmiddag een stelling in het licht stellen die niet expliciet over de aflaat gaat, stelling 7: ‘God vergeeft niemand de schuld zonder hem te brengen tot deemoedige gehoorzaamheid aan de priester als zijn plaatsvervanger.’ Niet zonder de priester ‘God vergeeft niemand de schuld zonder hem te brengen tot deemoedige gehoorzaam- heid aan de priester als zijn plaatsvervanger.’ Men kan uiteraard zeggen dat het hier niet gaat om absolutie door de priester, maar dat onderworpenheid juist het gevolg daarvan is. Dat staat er echter niet: er is geen schuldvergeving zonder onderwerping aan de pries- ter. En dat is omdat die de plaatsvervanger van God is. En achter de priester staat de paus. Volgens Luther is het weliswaar niet zo dat de priester of de paus op eigen gezag absolutie kan verlenen. Dat wil echter niet zeggen dat de absolutie buiten hen om gaat. De paus kan de zondeschuld slechts vergeven door te verklaren en te bekrachtigen, dat ze door

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=