Jaarverslag 2016-2017

1 WOORD VAN DE VOORZITTER In de oecumene gaat het om het met het oog op de toekomst helen van breuken die in het verle- den zijn ontstaan. Daar- om is de herdenking van 500 jaar Reformatie een interessant gegeven voor de oecumene: wie omziet naar het ont- staan van de breuken die in het kielzog van deze vernieuwingsbe- weging zijn ontstaan, wordt min of meer automatisch voor de vraag gesteld of de vernieuwing die de Kerk vandaag nodig heeft met het oog op de toekomst, deze breuken nog steeds rechtvaar- digt. Het feit alleen al dat de Reformatie nu in veel geval- len gezamenlijk wordt herdacht, geeft een duidelijke trend aan: ook waar de breuken nog niet helemaal zijn geheeld, worden zij minder absoluut. De verklaring van de werk- groep Rome-Reformatie waar U in dit jaar verslag meer over kunt lezen, zegt het nog iets pregnanter: ‘Herstel van de eenheid is de Reformatie van vandaag.’ De Reformatie is geen beweging om thuis in de binnenka- mer te herdenken. Het was destijds een beweging die in grote delen van Europa voor reuring zorgde. Daarom is het passend dat de herdenking nu ook plaatsvindt in pu- blieke lezingen, symposia en studiedagen, tentoonstellin- gen, pelgrimages, reizen, kerkelijke vieringen en op nog veel meer manieren. Juist omdat dit direct ook aan het denken zet over de toekomst van de ontstane breuken, is dit goed voor de oecumene. Je zou zelfs kunnen zeggen, dat voor het eerst sinds jaren oecumene weer hot is. Geert van Dartel spreekt in een van zijn artikelen van dit jaar van een ‘nieuwe lente voor de oecumene.’ Dit Reformatiejaar is voor de oecumene een interessant jaar. In het voorliggende jaarverslag kunt U lezen hoe het programma van de Katholieke Vereniging voor Oecumene ook sterk is bepaald door de herdenking van de Reforma- tie. Dit heeft er aan bijgedragen dat het verslagjaar voor de Katholieke vereniging voor Oecumene per saldo een vruchtbaar jaar was. Tegelijkertijd is het goed, te beseffen dat niet alle aandacht naar de Reformatie is uitgegaan; sinds het Apostolaat voor de Oosterse Kerken is onderge- bracht bij onze Vereniging, hebben wij steeds ook royaal aandacht gehad voor de Oosterse Kerken, en in dit verslag kunt U lezen hoe dat ook dit jaar weer het geval was. Ei- genlijk kunnen wij zeggen dat alle gewone activiteiten van de Vereniging gewoon zijn doorgegaan. Eén onderdeel van dit jaarverslag wil ik graag nog speciaal belichten: het veranderend financieel perspectief. Onze Vereniging draait op particulier geld, bijeengebracht door de leden middels giften en legaten en door ordes en con- gregaties die het werk van de Vereniging van harte steu- nen. Vergrijzing van het ledenbestand, afname van het aantal leden en bijgevolg teruglopende bijdragen hebben jarenlang gezorgd voor een zeer onzeker toekomstper- spectief. Zouden wij over moeten gaan tot ontmanteling van het bureau en ontslag van de medewerkers? Enkele grotere bijdragen hebben ons in het verslagjaar in staat ge- steld een nieuw, gedegen financieel plan op te stellen. Met een forse, maar haalbare extra financiële inspanning kan dit somberste perspectief worden afgewend. Met nieuw enthousiasme gaan wij werken aan het realiseren van dit plan, en tegelijkertijd ook aan een omslag in de structuur van de Vereniging die moet maken dat wij op lange ter- mijn met meer vrijwilligers en minder betaalde krachten onze werkzaamheden kunnen voortzetten. Voor de steun van U, onze leden, zijn wij buitengewoon dankbaar! Wij hopen dat wij op U mogen blijven rekenen bij de realise- ring van onze plannen. Marcel Sarot  Jaarverslag  ‒  Marcel Sarot